Menu

Plaatselijke Regels

 

 Tijdelijke Plaatselijke Regels

Tijdelijke Plaatselijke Regels zijn van toepassing zolang ze beschikbaar zijn op de prikborden in het clubhuis of bij het Marshallhuisje.


  • Plaatsen (Geldig in de herfst/winter t/m uiterlijk 30 april van het jaar daarop)

    E-3: Als de bal van een speler in het algemene gebied, gemaaid op fairway hoogte of lager, ligt, mag de speler een bal plaatsen op een plek naar keuze binnen 15 centimeter van de plek waar hij oorspronkelijk lag, niet dichter bij de hole. De speler mag zijn bal eenmaal verplaatsen of plaatsen.

  • Schade veroorzaakt door kraaien

    E-8.1: In het algemene gebied zijn gebieden waar schade is veroorzaakt door kraaien een verboden speelzone, die moet worden behandeld als een abnormale baanomstandigheid. Bij een belemmering door deze verboden speelzone is het verplicht deze zonder straf te ontwijken volgens regel 16.1f.


Vaste Plaatselijke Regels

Geldig vanaf 1 januari 2019

  • A-1: Buiten de baan (out of bounds) wordt gemarkeerd door witte palen en/of wit gemarkeerde omrastering. De grenslijn van buiten de baan wordt bepaald door de lijn tussen de dichtstbijzijnde binnenkanten van de palen of staanders op grondhoogte (schuinstaande schoren niet meegerekend). De palen of staanders staan zelf buiten de baan.

  • A-3: Een bal, die tot stilstand komt op of voorbij een openbare weg is buiten de baan, zelfs als deze tot stilstand komt op een ander deel van de baan dat binnen de baan is bij het spelen van andere holes.
    Deze situaties komen voor:
      1. tussen hole 2 van de Groesbeekse baan Noord en hole 2 van de Groesbeekse baan Zuid (Postweg),
      2. tussen hole 4 en 5 van de Groesbeekse baan Oost (3e Baan) en
      3. tussen hole 6 en 4 van de Groesbeekse baan Noord (3e Baan).

  • A-4: Tijdens het spelen van hole 8 van de Groesbeekse baan Oost, is hole 4 van de Groesbeekse baan Oost, aan de linkerkant van de hole, aangegeven door paaltjes met een witte kop, buiten de baan. Deze palen worden tijdens het spelen van hole 8 beschouwd als out-of-bounds markeringen. Voor alle andere holes zijn zij vaste obstakels.

  • B-4: Alle niet gemarkeerde greppels worden behandeld als deel van het algemeen gebied en zijn geen hindernissen.

  • E-5: Als de bal van een speler niet is gevonden of als het bekend of praktisch zeker is dat deze buiten de baan is, dan mag de speler de plaatselijke regel voor slag en afstand toepassen met twee strafslagen in plaats van de ontwijkoptie volgens Regel 18. Deze plaatselijke regel is niet van toepassing als een provisionele bal is gespeeld.
    De Commissie mag deze Plaatselijke Regel buiten werking stellen voor wedstrijden die door haar worden georganiseerd. Dit dient voor de wedstrijd aan alle deelnemers kenbaar te worden gemaakt.
    Ook voor wedstrijden die door de NGF op het Rijk van Nijmegen worden georganiseerd geldt deze Plaatselijke Regel niet.


  • E-8.1 Verboden speelzones:

    • Het gebied rechts van de fairway van hole 9 van de Groesbeekse baan Zuid, gemarkeerd door blauwe palen met een groene kop, is een verboden speelzone die niet mag worden betreden en moet worden behandeld als een abnormale baanomstandigheid. Bij een belemmering door deze verboden speelzone is het verplicht deze zonder straf te ontwijken volgens R16.1f dan wel door gebruik te maken van de dropzone ter hoogte van de oranje tees.
    • Grond in bewerking (GUR), gemarkeerd door een witte lijn en/of blauwe paaltjes, is een verboden speelzone die moet worden behandeld als een abnormale baanomstandigheid. Bij een belemmering door deze verboden speelzone is het verplicht deze zonder straf te ontwijken volgens Regel 16-1f.”.
  • F-5: Vaste obstakels vlakbij de green: in aanvulling op belemmeringen zoals omschreven in Regel 16-1a, als een bal in het algemene gebied ligt, is er ook sprake van een belemmering als een vast obstakel zich op de speellijn van de speler bevindt, binnen twee clublengten van de green ligt, en binnen twee clublengten van de bal. De speler mag de belemmering ontwijken volgens Regel 16-1b. (Uitzondering – Een vast obstakel mag niet ontweken worden als de speler een speellijn kiest die duidelijk onredelijk is.)

  • Verkeerde greens
    Als op een hole een wintergreen is aangelegd en de zomergreen in gebruik is, dan is de wintergreen een “verkeerde green”. Als op een hole de wintergreen in gebruik is, dan is de zomergreen een “verkeerde green”. Verkeerde greens worden aangeduid door gele paaltjes met twee zwarte banden en/of een witte lijn. Verkeerde greens moeten worden ontweken volgens Regel 13.1f

Straf voor het overtreden van een Plaatselijke Regel: de Algemene Straf (General Penalty): verlies van de hole in Matchplay of 2 strafslagen in Strokeplay.

De Plaatselijke Regels kun je downloaden door de QR-code met je telefoon te scannen:
Ook kun je een pdf met de Plaatselijke Regels hier downloaden

 

 Laatste wijziging 20230829