Van inspiratie tot realisatie 1982-1987
Het idee voor een golfclub in Nijmegen kwam van de Junior Kamer Nijmegen.
Door hun lobbywerk zagen ook de overheid, het bedrijfsleven en de VVV uiteindelijk het belang van een golfbaan in de regio Nijmegen.
De Commissie Golfproject Junior Kamer
De burgemeester van Ubbergen, de heer R. Waelput, benaderde andere belangstellenden en in november 1982 troffen beide groepen elkaar in het gemeentehuis in Ubbergen. Deze initiatiefgroep richtte op 12 april de Stichting Golfsport Nijmegen e.o. op. Het bestuur bestond uit tien leden.
Later sloot Jan Jaap Weve (eerste voorzitter van onze club) zich aan. Zijn kennis van golfzaken, een kritische instelling en contacten in de golfwereld waren een zeer welkome aanvulling.
In juni 1984 organiseerde het bestuur een voorlichtingsavond in de Vereeniging. Na afloop gaven ruim 400 man zich als belangstellenden op en een groot aantal meldde zich aan als donateur à fl. 25,-.
Financier
De Grontmij had inmiddels een begroting gemaakt voor een 18-holes baan in Groesbeek. De totale stichtingskosten zouden daar fl. 6.681.400,- bedragen. Men ging ervan uit dat er bij de start 700 leden a fl. 1000,- zouden zijn en er 10.000 greenfeespelers à fl. 25,- zouden komen (een optimistische inschatting van de cash flow). Het exploitatietekort was ruim 1 ton. Overwogen werd onder meer om aandelen van fl. 7.000,- uit te geven. Het was een benauwde situatie! Maar… de heer Reitsma had een goede kennis van de kegelclub die wel belangstelling had: de heer Henk Hoogwegt. Die had nog geen affiniteit met golf maar het leek hem een verantwoorde investering en hij ging de uitdaging aan.
De Stichting nam afscheid van het recreatieschap en had nu zicht op een 27-holes baan met clubhuis op een terrein van 80 hectare.
De plannen werden voorgelegd aan de Gemeente Groesbeek. Burgemeester Van Gils had al eerder interesse getoond en zegde zijn medewerking toe.
Melkquotum
Toen kwam het volgende obstakel: Boer Hettinga liet de Gemeente weten niet te kunnen verkopen zolang het probleem van de melkproductie (het mogen meenemen van zijn melkquotum naar Friesland) niet geregeld was.
Het Groesbeekse VVD-raadslid mevrouw M.O.ten Doesschate Baronesse van Hardenbroek van Ammerstol (what’s in a name?), een standvastige en zeer doortastende dame, nam contact op met haar partijgenoten in de Tweede Kamer. Die waren van plan een motie in te dienen, waardoor men onder bepaalde voorwaarden een melkquotum kon meenemen. Voordat de motie werd ingediend zegde landbouwminister Braks echter al toe eraan mee te willen werken, om het voor een boer mogelijk te maken om zijn melkquotum mee te nemen bij verhuizing van het boerenbedrijf. Derhalve werd de motie niet ingediend.
Eind november werd de toezegging definitief.